Om een onderwerp of een vraag in een context te plaatsen, zijn de volgende vragen bij eigenlijk onderwerp bruikbaar:
Wat? | Wat zijn de belangrijke kernbegrippen of concepten gerelateerd aan je onderwerp? Ga op zoek naar een definitie en voorbeelden. |
Wie? | Verzamel namen van relevante personen en aanvullende informatie over hen. |
Wanneer? | Verzamel informatie over de tijd en het tijdsbestek van je onderwerp. |
Waar? | Welke zijn “the places to be”? Bijvoorbeeld steden, hoven, kloosters, kroegen, kerken, universiteiten, enz. |
Hoe? | Informatie rondom de praktische toepassing en het gebruik van zaken gerelateerd aan je onderwerp. |
Waarom? | Ga op zoek naar zaken “achter de feiten”: factoren die het ontstaan, verschijnen en eventueel verdwijnen van het onderwerp hebben beïnvloed. |
Waardoor? | idem |
Waarmee? | Wat voor middelen/technieken, instrumenten/… werden gebruikt in relatie tot het onderwerp? |
Met wie? | Op zoek naar relevante personen: collega’s, tijdgenoten, concurrenten, vijanden, vrienden, … |
Oorsprong? | Wanneer komt een onderwerp of kernbegrip voor het eerst voor?Wanneer wordt het voor het eerst genoemd of omschreven? |
Relatie met? | Is er sprake van beïnvloeding of kruisbestuiving? bijvoorbeeld vanuit literatuur, poëzie, beeldende kunst, filosofie, psychologie, architectuur, … |
… |