Partimentopatronen (Tonal Tools, Lieven Strobbe)

Zie ook Partimentopatronen (Galant Schemata) NB Helaas is de iOS app die hierbij ontwikkeld werd, niet meer beschikbaar… :-(

“A schema is a prototype of common patterns like blues, folia, Andalusian cadence.”

A vocabulary element is een akkoord (5C en 6C, 1 3 5 en 1 3 6)

Een syntactic component is een akkoordvolgorde (van 2 akkoorden?).

Applications genereren component variants.

Lieven Strobbe hanteert in Tonal Tools voor klavierspelers een eigen collectie van patronen die hij componenten noemt:

1. Tertia
2. Quiescenza
3. Scalino: +1, -1: (7) (8), (2) (1), (4) (5), (6) (5)
4. Lancia: +5: (1) (5)
5. Cadenza: -5: (5) (1) (authentic cadence)
6. Phantom Lancia: -5: (1) (4)
7. Phantom Cadenza: +5: (4) (1) (plagal cadence)
8. Passi: passo romanesco -3, p. indietro -1, p. tedesco +1
9. Tiranno

In deze methode is in het begin de complexiteit gereduceerd. Het aantal onderverdelingen is echter wel erg talrijk…

Components hebben een set of applications:

• syntactical (23 stuks, zie pag. 22)
• idiomatic: axe (R&R), classic (18th century), flamenco (Iberian), novecento (19e eeuws), ragtime (early jazz)
• sequencing (factor): alla folia (changing mode), axenamor (3rd up), passo indietro (2nd down), passo romanesco (3rd down), passo tedesco (2nd up), cadenzante (5th down).

De Regel van het Octaaf komt in zijn geheel niet echt voor, wel worden karakteristieke segmenten ervan uitgelicht:

• Beweging van 1-5, en 5-8: ouverture en finale
• Beweging van 8-5 en 5-1: reverence en sbarco

De didactic ingredients of a keyboard lesson (25):

1. component syntax research (Hoe werkt deze component?)
2. component elaboration research (Wat kan ik er mee doen?)
3. component combination research (Is hij te combineren met andere componenten?)
4. component recombination research (kan ik (gedeelten van)componenten gebruik of zelfs samenvoegen?)
5. guideline practice (Kan ik patronen herkennen op basis van alleen de baslijn? Kan ik een toevoeging improviseren?)
6. recomposition and emulation of literature (Hoe gebruikte componist X deze component?)

Components can be altered with regard to length and shape (27):

1. Stretching and composing-out (walking bass by gap-filling)
2. Compressing and cutting (play faster and cutting by deleting transitory chords)
3. Merging (combineren door een overlappende toon te gebruiken tussen twee segmenten)
4. Mixed alterations.

(Auto)didactical checklist (31):

1. Experiment with composition of components within a fixed and symmetrical time structure
2. Research how to play components in another metre
3. Change the component’s downbeat/upbeat ratio
4. Research how to stretch, compose-out, compress, merge and cut out components
5. Try to use fragments of components
6. Practice 5C prolongation. Prolongatie van een drieklank)

TOOLS (35)

1. Voice distributions (monodic/polyphonic)
2. Diminutions (freewheeling, arpeggiato, flags/ornaments, bridges, distribution)
3. Suspensions (7-6, 4-3, 9-8, multiple suspensions)
4. Accompaniment patterns (block chords, toggle or hoem-pa-pa, windmil, alberti bass, flying hand, arpeggiated, bourdon)

RULES (42)

1. TERTIA RULE
2. TRITONE RULE (and exceptions)
3. SHIFTING RULE
4. SEQUENCE RULE
5. PHANTOM RULE
6. PRE-DOMINANT RULE