Een melodisch-harmonische formule die wordt gebruikt om psalmen (en andere teksten) op te zingen in de liturgie van de Anglicaanse kerk. De textuur is homofoon. Gebruik van mineur- en majeurtoonsoorten en gebruik van drieklanksharmonie. Een chant bestaat vaak uit twee regels of strofen; elke strofe start met een reciteer-toon/-akkoord, gevolgd door een cadensmatige afsluiting. De afsluiting van de tweede regel is meestal langer dan de eerste. De tekst op de reciteertoon volgt het spraakritme. De slotformules zijn meer metrisch.