Opeenvolging van akkoorden waarbij de meeste of soms alle stemmen in dezelfde richting bewegen.

Het meest bekende voorbeeld is de faux-bourdon techniek, waarbij (in de bovenstemmen) hoofdzakelijk parallelle kleine en grote sextakkoorden worden gebruikt.

Andere vormen van parallelharmoniek vinden we bijvoorbeeld bij Debussy, Bartók en Ravel.

In de Bolero van Ravel vinden we een schrijfwijze waarbij de instrumenten worden gebruikt op dezelfde manier als orgelregisters; bovenstemmen die in (exact) gelijkblijvende intervallen meebewegen met een hoofdstem.