Binnen de muziek van de (latere) romantiek wordt steeds vaker gebruik gemaakt van akkoordcombinaties met gealtereerde drieklanken die een verrassend en kleurrijk effect hebben. Het gaat dan om grote en kleine drieklanken die tertsgerelateerd zijn. Tertsgerelateerd in een ruime zin: ook de enharmonische varianten van grote en kleine terts vallen daar onder (dus bijvoorbeeld niet alleen as-ces, maar ook as-b).
De term mediant vinden we al onder de namen die aan de trappen in een toonsoort worden gegeven:
- De mediant (III) als “midden” tussen I en V en
- de submediant (VI) als “midden” tussen I en IV. Voorstel voor een mogelijk codering: mediantnvb001 Bij de toepassing van kleurrijke tertsgerelateerde akkoorden in het algemeen (dus niet beperkt tot alteraties van III en VI) spreken we van mediantverhoudingen.
Het gebruik van consonante drieklanken in een chromatische toonruimte, zonder afhankelijkheid van een duidelijk tooncentrum of een tonica wordt door Richard Cohn beschreven in zijn boek Audacious Euphony - Chromaticism and the Triad’s Second Nature (OUP, 2012). Hij introduceert de term Pan-triadic harmony.
Componisten die hiervan gebruik maken: Schubert, Fauré, Grieg, R. Strauss. Daarnaast wordt het veel gebruik in filmmuziek geworteld in de “Hollywood-traditie” sinds de dertiger jaren van de twintigste eeuw.